Versmarkt De Zeeland lijkt gelopen race

BERGEN OP ZOOM – De keuze voor de versmarkt in De Zeeland is niet meer ongedaan te maken. Dat is de uitkomst van het raadsdebat, gisterenavond in de Bergse gemeenteraad. Het CDA kwam met een motie om de beslissing te heroverwegen. De keuze zou door het college op onterechte gronden zijn gemaakt, aldus CDA-raadslid Annette Stinenbosch. Maar het mocht niet baten; wethouder Linssen had vorige zomer zijn handtekening geplaatst onder de overeenkomst met projectontwikkelaar Gebri en die is bindend. Een meerderheid vond dat er daarom géén weg terug meer was.

Veel raadsfracties zijn het er over eens: een versmarkt in De Zeeland is niet zoals het hoort. Het is strijdig met de eerder gemaakte afspraken over detailhandel in het gebouw én de vrees is, dat andere winkels in de binnenstad maar óók in bijvoorbeeld Het Kompas hieronder gaan lijden. Maar gedane zaken nemen nu eenmaal geen keer. De wethouder die de handtekening destijds plaatste is nu buiten beeld en de huidige collegeleden zijn gebonden aan de afspraken.

Vereniging Binnenstad

Voor de tegenstanders lijkt de hoop nu gevestigd op de Vereniging Binnenstad. Deze belangenorganisatie heeft een beroepsprocedure lopen en daarbij zou de gemeente wel eens in het ongelijk gesteld kunnen worden. Immers, het College heeft de Crisis- en Herstelwet toegepast, die is oorspronkelijk bedoeld om versnelde besluitvorming mogelijk te maken bij de aanpak van de economische crisis van enkele jaren geleden. In dit geval was deze Wet daar niet voor bedoeld, zo betoogde PvdA-woordvoerder Ad van der Wegen. Hij verwijt het College oneigenlijk gebruik van de wetgeving. Het CDA stelde bovendien dat al bekend was dat perifere detailhandel in De Zeeland funest zou zijn voor de binnenstad. De collegeleden zouden al kennis genomen hebben van het detailonderzoek van Karel Trommelen, dat de basis vormt voor de nieuwe Detailhandelsstructuurvisie. In plaats daarvan baseerde de wethouder zich op een intern rapport van Gebri dat een positief gekleurde weergave van de feiten presenteerde; in het voordeel van de projectontwikkelaar.

V&D als alternatieve locatie

De VVD kwam ook nog met een konijn uit de hoge hoed: de versmarkt zou beter thuishoren in het leegkomende gebouw van V&D. "Detailhandel hoort in de binnenstad", beargumenteerde VVD'er Gerjan Huismans. Het leek een betoog voor de bühne; kort daarna ging hij zonder tegensputteren mee met het standpunt van het College.